woensdag 18 juni 2008

Creatief met corridor (Sinardet)

.
woensdag 18 juni 2008
Creatief met corridor

Identiteiten zijn flexibel, contextgebonden en permanent 'under construction'. Dat wist ik al langer. Maar nooit ondervond ik de theorie zo aan den lijve als het afgelopen jaar. Tijdens menig debat, discussie en gesprek over België. In Vlaanderen, Wallonië en Brussel. Onder Vlamingen en onder Franstaligen, dikwijls onder beiden. Onder Belgen dus, als het ware.
Ik was mij bijvoorbeeld nooit zo bewust van een Vlaamse identiteit als in Wallonië en Brussel. Identiteit wordt deels bepaald door hoe anderen je zien en Franstaligen 'labelden' mij soms expliciet als Vlaming (letterlijk zelfs: in een Franstalig tv-journaal kreeg ik ooit het onderschrift 'politologue flamand' opgeplakt). Bovendien beschouwden sommigen mijn analyses blijkbaar als 'Vlaams', terwijl ik ze gewoon nuchter achtte: ja, men kan discussiëren over zin en onzin van taalterritorialiteit. Maar nee, dit heeft in wezen niets van doen met discriminatie of separatisme. En omdat Wallonië eentalig Frans zou blijven verzetten Franstaligen zich destijds mee tegen een veralgemeende tweetaligheid van België (mijn rol als analist weerhoudt mij er gelukkig van om 'jullie' te zeggen, maar scheelt het veel?). En nee, niet alle Vlamingen ('wij'?) zijn separatisten en racisten. Volgens alle betrouwbaar onderzoek wil maar één Vlaming op de tien van België af en stemde enkel een minderheid uit communautaire overwegingen. En extreem-rechts staat niet alleen sterk in Vlaanderen, maar pakweg ook in Frankrijk. Vlaanderen is echt wel meer dan wat vele Franstaligen ervan maken. (Boodschap aan minister Bourgeois: uw Vlaamse 'voorlichtingsambtenaar' bestaat al en zijn naam staat onder dit stuk).

Vanwege dezelfde uitspraken, maar in een Vlaamse context, bleek ik voor sommigen dan weer net géén goede Vlaming, of zelfs geen Vlaming tout court. Eén van mijn columns in deze krant leverde mij 'fanmail' op met de boodschap dat ik voor een Vlaams-nationalistische rechtbank moest verschijnen 'voor verraad van eigen volk'. Toen ik in een tv-debat uitlegde dat er enige spanning bestond binnen het kartel CD&V/N-VA over het aantreden van Leterme I kreeg ik door een CD&V-senator zelfs een 'Franstalig' etiket opgeplakt: dit was geen 'Vlaamse' analyse! Nochtans, van Aarlen tot Zeebrugge was alles wat zich maar een beetje Wetstraat-watcher noemt tot hetzelfde inzicht gekomen.

Nu zijn die extreme reacties niet representatief, want ruimschoots gecompenseerd door positieve en genuanceerde respons. Maar ze bepalen veel te sterk de Franstalige beeldvorming van Vlamingen. En dus ook weer van mezelf. Er zijn er al voor minder weggezonken in een identiteitscrisis.

Die licht schizofrene ervaringen leidden echter ook tot een sterker Belgisch bewustzijn. Nog nooit wisselde ik zoveel van gedachten met Vlamingen én Franstaligen, over België. Bovendien scherpte daardoor ook mijn besef aan dat Vlamingen en Franstaligen geen homogene ladingen dekken. Niet dat Belgen een minder heterogene groep vormen, maar dat beweert ook geen kat. (Trouwens, ik beperk mij tot de voor deze context relevante identiteiten en dat zijn daarom niet de belangrijkste: zoals het elke rechtgeaarde 'sinjoor' betaamt kan mijn allereerste 'natiegevoel' uiteraard enkel het Antwerpse zijn en nu ik ook in Brussel les geef maak ik zelfs aanspraak op het etiket van 'ketje'.)

Ik werd mij van die 'meervoudige identiteit' dan wel sterker bewust, in latentere vorm blijkt die bij veel landgenoten aanwezig. Zoals Marc Reynebeau onlangs in herinnering bracht, kenmerken de meeste Belgen zich door een lasagne-identiteit: ze voelen zich tegelijk én Belg én Vlaming/Waal/Brusselaar en vooral nog allerhande anders. Een Belgisch identiteitsgevoel maakt dus deel uit van de Vlaamse en Waalse identiteit. En omgekeerd. Eigenlijk is dat een zeer federale identiteitsbeleving.

Tiens, nu ik eraan denk: waarom zou die federale dimensie van onze identiteit eigenlijk geen territoriale invulling mogen krijgen, zoals de Vlaamse, Waalse en Brusselse? En welk deel van het territorium zou daarvoor beter geschikt zijn dan het Zoniënwoud, verspreid als het ligt over het Vlaams, Waals en Brussels gewest? Als we daar nu eens een 'federaal park' van maken, onder bevoegdheid van de federale overheid.

Van de pot gerukt? Zeker, maar niet minder dan andere plannen die nu circuleren. Als Franstalige politici dan toch zo graag een territoriale continuïteit willen tussen Wallonië en Brussel, dan moeten ook zij daar maar wat grondgebied voor veil hebben. Het zou meteen een symbolische blijk zijn van federaal engagement, iets wat we stilaan ook van Franstalige politici mogen verlangen. En wat een toeristische troef als we vakantiegangers binnenkort niet enkel naar ons land kunnen lokken met Kust en Ardennen maar ook met een waar 'Nationaal Park'! Onder de noemer: creatief met corridor.

U tekent de petitie toch ook ?!
_____________

Dave Sinardet is politicoloog aan de Universiteit Antwerpen en gastprofessor aan de Facultés Universitaires Saint-Louis in Brussel

Geen opmerkingen: